2018

Een Matrice 210-drone wordt aangeschaft. Deze is uitgerust met drie camera’s: de thermische FLIR X4S, een 20 megapixel camera en een RGB camera. De FLIR-camera maakt thermische beelden van percelen, waarmee we bijvoorbeeld Phytophthora aantastingen in relatie tot gewastemperatuur kunnen analyseren.

We investeerden ook in een Veenhuis Nutriflow mesttank. Deze tank maakt het mogelijk om mestdata te analyseren tijdens het uitrijden. Zo kunnen we stikstof, kalium, fosfaat, droge stof en ammonium meten, zowel vanuit de mestput als tijdens het uitrijden.

Om knolmonsters efficiënter te analyseren, werd de Smart Grader aangeschaft. Deze robot automatiseert de analyse van knollen op lengte, maatsortering en onderwatergewicht. Dankzij deze technologie is de monsteranalyse nu volledig geautomatiseerd. Handwerk behoort nu tot het verleden.

2017

Het Praktijkcentrum voor Precisielandbouw wordt opgericht om de adoptie van precisielandbouw in Nederland te versnellen. We focussen op efficiënter gebruik van water, mineralen, gewasbeschermingsmiddelen en andere hulpbronnen. Dit leidt tot meer output, zowel kwalitatief als kwantitatief. Akkerbouwers, fruit- en groentetelers werken drie jaar samen in innovatiegroepen. Ze testen nieuwe technieken en passen verzamelde data toe in de praktijk. We onderzoeken ook hoe innovaties het beste ingezet kunnen worden voor de bedrijfsvoering van telers.

Een van de hoogtepunten van het jaar is dat Van den Borne Aardappelen wordt benoemd tot flagship farm van McDonald's. De duurzame manier van produceren past perfect bij de toekomstvisie van McDonald's.

Daarnaast startte het IoF2020-project, gericht op het automatiseren van datastromen in de agrovoedingssector. Dit project brengt vraag en aanbod van IoT-technologieën dichter bij elkaar. We werkten samen met KPN aan video's die de voortgang van dit project tonen.

We breidden onze bodemscans verder uit en onderzochten welke extra parameters we konden meten. Het grootste probleem bleek bodemverdichting, en we wilden ook de profiel dikte kunnen meten. We kochten de Fritzmeier Profi 60, een bodembemonsteringsapparaat dat bodemweerstand en profieldiepte meet en monsters op drie dieptes kan nemen. De Kubota bleek niet krachtig genoeg om de boor aan te drijven, dus kochten we een Fendt Vario 210 P met het Precision Makers autonoom pakket.

De Fendt 210 P kan autonoom de scanwerkzaamheden uitvoeren en naar de juiste monsterlocaties rijden. De Dualem 21HS sensor meet de bodem op zes diepten. De Medusa Gamma sensor onder de boor meet de grondtextuur, zoals zand/kleifractie, luttem en organisch stof.

We kochten ook onze eigen Ebee drone, uitgerust met een multispec 4c camera om percelen in kaart te brengen. Daarnaast kochten we de Inspire 2 drone met een 24 megapixel camera, waarmee we onkruidplekken in percelen konden identificeren.

Ook werkten we voor het eerst met de mestbreker van Louis Deenen. We testten de Tebbe 3-assige mestbreker met weegsysteem en de mogelijkheid om variabel mest te breken aan de hand van taakkaarten. Dit jaar zetten we onze bodemscans in om ook variabel te bemesten.

In hetzelfde jaar werd Van den Borne Aardappelen genoemd in een interessant artikel over precisielandbouw in National Geographic. 

Lees het artikel

Ook werden de laatste Trible RTK-GPS-systemen vervangen door het GPS-systeem van Fendt. Bekijk in de video hoe we werken met dit geavanceerde systeem:

2016

In het voorjaar van 2016 werden de Dammann veldspuiten terug naar de fabriek gestuurd voor een update. Deze update bracht nieuwe functies, zoals curvecontrole en een verbeterde boombesturing. De nieuwe pneumatische en hydraulische besturing maakt gebruik van vier ultrasone sensoren.

Er werd dit voorjaar bemest met een Vervaet, uitgerust met een NIR-sensor. Deze sensor meet real-time het stikstofgehalte in de bodem. Hierdoor wordt de bemesting taakgericht en gelijkmatig verdeeld op basis van het stikstofgehalte, in plaats van per kuub.

Van den Borne Aardappelen breidde zijn dronepark uit met de Foxtech D130 en de Avular. De Foxtech D130 is uitgerust met een Micasense camera en kan zware lasten dragen. Hierdoor kunnen meerdere camera’s en sensoren tegelijk worden gebruikt. De Avular, die eind 2016 werd verwacht, beschikt over een hyperspectrale camera en RTK-GPS voor nog preciezere metingen.

Aan de Kubota werd een gamma-sensor toegevoegd. Deze sensor meet door middel van gamma-straling de aanwezigheid van Kali in de bodem. Kali is belangrijk voor aardappelplanten, dus het is essentieel om te weten waar het aanwezig is.

De spuitboom die eerder op het haspel was gemonteerd, werd vervangen door een sproeikanon. De boom was onderhoudsgevoelig, en gezien de beregening vanuit putten, was de spuitboom geen praktische optie.

Het bedrijf breidde uit met een nieuwe bewaarschuur, verbonden aan de bestaande schuren. Deze schuur heeft een roostervloer en ondergrondse kanalen, waardoor de bewaarcapaciteit op 32.000 ton komt. De overkapping maakt het mogelijk om aardappelen droog in- en uit te schuiven.

Daarnaast werd geïnvesteerd in het programma Raindancer. Dit systeem zorgt voor duurzame waterverdeling door automatische sectie-schakeling van het sproeikanon, wat overlap en waterverspilling voorkomt.

2013

Jacob's eerste drone wordt vervangen door de DJI Phantom I. Hij gebruikte deze voor het oefenen met vliegen en het maken van foto’s en filmpjes. In plaats van een GoPro gebruikt hij een rechte lens, uniek in Nederland.

Voor het eerst zijn er tests met bijbemesting in de aardappelen, met de Fritzmeier gewassensoren en de Dammann veldspuit. Het blijkt dat de rekenregels nog niet voldoende ontwikkeld waren voor nauwkeurige bemestingsadviezen.

Onze precisielandbouw breidde zich verder uit met variabel compost strooien, gebaseerd op gegevens van de EM-38MKII bodemscanner. Deze aanpak leverde uitstekende resultaten op en bood meer inzicht in de optimale verdeling van voedingsstoffen.

De maïs wordt geoogst met een Case Axial Flow van Loonbedrijf Gebroeders Vermeulen. Deze machine had een opbrengstsysteem waarmee percelen geanalyseerd werden. Op basis van de verschillen in opbrengst werd de bemesting voor het volgende seizoen aangepast.

In de laatste dagen van 2013 leverde Dammann een nieuwe zelfrijdende spuitmachine. Deze driewielige spuit met een tankcapaciteit van 12.000 liter werd in 2014 ingezet. Dankzij de twee aparte tanks konden we twee middelen variabel doseren. De drie assen zorgden voor een beperkte asdruk van 8,5 ton, net als bij onze Krampe-kiepwagens.

Internationale Maasprijs

In 2012 werden we genomineerd voor de Internationale Maasprijs. Samen met 100 boeren en loonwerkers hebben we de belasting van de Maas met gewasbeschermingsmiddelen aanzienlijk verminderd. De Maas is een belangrijke bron van drinkwater, waardoor deze prestatie extra waardevol is.

Yvon Jaspers reikte namens RIWA-Maas de prestigieuze prijs uit aan Van den Borne Aardappelen. “Jullie weten van aanpakken en zijn veel te bescheiden,” zei Jaspers, zichtbaar onder de indruk van de resultaten. Door nieuwe technieken is de belasting van de Maas met gewasbeschermingsmiddelen sterk gedaald. Gebruiksreductie varieert van 5-70%, terwijl de driftreductie 55-99% bedraagt.

We ontvingen deze prijs onder andere door de aanleg van de Phytobac in 2011. Dit systeem breekt restanten van spuitmiddelen milieuvriendelijk af.

Bezoek Koningin Beatrix

Het hoogtepunt van 2012 was het bezoek van Hare Majesteit Koningin Beatrix op 9 november. Ze kreeg een uitgebreide rondleiding over ons bedrijf en uitleg bij alle machines en hun toepassingen. Jacob gaf een korte presentatie over de precisielandbouwcyclus. We zijn enorm trots op dit bijzondere bezoek. Daarom hielden we een dag later Open deur dag. Bezoekers kregen rondleidingen, konden onze machines en gebouwen bezichtigen en een kijkje achter de schermen nemen. Een succesvolle dag met een grote opkomst!

2011

De eerste bodemscan op het thuisperceel wordt uitgevoerd. Dit gebeurt in samenwerking met Orbit, een afdeling van Universiteit Gent. Met de Dual-EM werden de eigenschappen van de bodem nauwkeurig in kaart gebracht. Daarnaast investeerden we in een rijenbemester op onze pootmachine, waarmee we variabel meststoffen per rij konden toedienen, wat leidde tot een nog efficiëntere benutting van voedingsstoffen.

De Hassia CP, uitgerust met sectiebediening, wordt GPS-gestuurd. De software HMI GPS planting Comfort werd geïnstalleerd, waardoor de pootelementen precies op het juiste moment in- en uitschakelden. Eerst worden de perceelgrenzen ingereden. Daarna schakelt de software automatisch de secties van de poter in. Bovendien kan de pootafstand traploos variabel worden ingesteld.

Voor het eerst beginnen we met drones te vliegen. Met behulp van multispectrale camera’s werd de bemesting geanalyseerd. De camera’s meten lichtweerkaatsing op verschillende golflengtes, wat helpt om de bladmassa en vitaliteit van gewassen te bepalen. Via deze camerabeelden werd voor het eerst variabel loof doodgespoten via de ISOBUS van de veldspuit. Tijdens het groeiseizoen begonnen we met het verzamelen van data via UAV’s, in samenwerking met Aurea Imaging. De luchtbeelden leverden waardevolle inzichten op voor het optimaliseren van de teelt. Deze innovatieve aanpak trok de aandacht en werd vastgelegd in de VPRO-serie Nederland van Boven, waarin ons bedrijf als voorbeeld werd getoond van hoe boeren hun land steeds verder optimaliseren.

Aan het eind van het seizoen namen we drie nieuwe Krampe Big Body 900-kiepwagens in gebruik. Met hun driewielige asconfiguratie en een laadvermogen van 24 ton zorgen ze voor een lagere asdruk van minder dan 8,5 ton per as.

Tijdens de oogst met de hakselaar van loonbedrijf Reyrink werd voor het eerst een opbrengstmeting uitgevoerd. Dit systeem meet de opbrengst net na de pick-up en de drogestof in de pijp. Het doel was om het proefperceel gras te analyseren voor optimale bemesting. Na onderzoek bleek dat opbrengstmetingen via gras hakselen niet betrouwbaar waren. Het gras werd verspreid over een veel groter oppervlak, waardoor de metingen onnauwkeurig waren.

Bovendien hebben we geïnvesteerd in een Phytobac-systeem om gewasbeschermingsmiddelen duurzaam af te breken. Dit volledig gesloten systeem zonder restwater verwerkt spoelwater afkomstig van onze spuitmachine op een milieuvriendelijke manier. Regenwater wordt buiten gehouden dankzij een geïsoleerde vul- en wasplaats, terwijl het spoelwater via een opslagplaats automatisch en gecontroleerd over de Phytobac wordt verdeeld. Met een transparant dak en een opstelling in zon en wind wordt de verdampingscapaciteit van de Phytobac gemaximaliseerd. Hiermee zetten we weer een stap vooruit in duurzame landbouwpraktijken.

2010

Het samenwerkingsverband met de WUR, TTW en BLGG (nu: Eurofins Agro) werd opgericht onder de naam Making sense. Het doel? Zo veel mogelijk data verzamelen van een proefperceel en deze combineren tot bemestingsformules op basis van precisielandbouw. Tijdens dit project testten we een heel seizoen close sensing sensoren, zoals die van Fritzmeier, Yara, AgLeader en Greenseeker, gemonteerd op onze veldspuit. Uit de resultaten bleek dat de Fritzmeier sensor het meest geschikt is voor aardappelteelt.

Voor bodemscans gebruiken we een autonoom voertuig van Probotiq. De Kubota met RTK-GPS rijdt nauwkeurig over de percelen, waarbij de grenzen tot op 2 cm nauwkeurig worden vastgelegd. Het programma Crop-R houdt alle handelingen en percelen bij, zodat medewerkers snel informatie kunnen vinden en registreren. Dit project werd uitgevoerd in samenwerking met PPL en WUR. Het richtte zich op het bepalen van de opbrengstpotentie door middel van bodemgeleiding, waarvoor Van den Borne Aardappelen de EM-38MKII aanschafte.

Daarnaast startten we de bouw van een tussenschuur, waarmee het laadstation en de Phytobac in aanbouw overdekt werden. Ook breidden we onze aardappelopslag uit met 5000 ton, verdeeld over drie compartimenten. Om onze wasserij te verbeteren, voegden we een zout-/kleibad toe, waarmee glazige aardappelen met een laag droogstofgehalte effectief konden worden uitgesorteerd.

Om de bodemkwaliteit te verbeteren, begonnen we met het strooien van compost op onze percelen. Dit verhoogt het waterbergend vermogen van de grond en zo dient het als buffer in droge periodes.

Voor de aardappelrooier werden nieuwe sensoren geïnstalleerd. De oude sensoren van Grimme werden vervangen door nauwkeurige opbrengstsensoren op de AVR Puma, waarmee de opbrengst exact in kaart werd gebracht.

Ook voegden we een opbrengstmeter toe aan onze aardappelrooier, ontwikkeld in samenwerking met Probotiq. Deze monitor, met weegsensoren onder de lopende band van de rooimachine, meet de massastroom van de aardappelen. Gecombineerd met GPS- en machinesnelheid wordt nauwkeurige, locatie-specifieke opbrengstdata verzameld, waarmee opbrengstkaarten en gewichten van vrachten worden vastgelegd. Hiermee monitoren we in real-time de opbrengst per perceel.

2009 - 2000

2009

Na succesvolle tests in 2008 werden ook twee Hassia CP-poters aangeschaft. Het GPS-systeem van Reichardt werd uitgebreid met RTK, wat de precisie verbeterde tot slechts 2 centimeter afwijking. Hierdoor werden ultrasoon sensoren overbodig, wat het gebruiksgemak aanzienlijk verhoogde. Een aanvulling voor onze tak Loonwerk GPS.

Ook werd een stuurautomaat toegevoegd, zodat twee trekkers gelijktijdig konden werken zonder overlap. Dit zorgde voor perfect rechte rijen, minder rooibeschadigingen en betere focus van de bestuurder op het pootproces.

Omdat de Greenseeker alleen NDVI kon meten, werd gezocht naar een sensor die meerdere golflengtes kon analyseren. Tijdens de Agritechnica in Hannover werd contact gelegd met Fritzmeier voor verdere innovaties.

Daarnaast starten we met bodemvochtsensoren. Deze monitoren het beschikbare water in de bodem. Hierdoor beregenen we op het juiste moment, wat plantstress voorkomt en water efficiënt inzet.

Daarnaast vervingen we onze wasmachine door een nieuwe, krachtigere variant. De capaciteit steeg van 90 naar 150 ton per uur, met bovendien een verbetering in de kwaliteit van wassen.

Ook werd een nieuwe beregeningshaspel aangeschaft: de Bauer Rainstar E55, met een slangdiameter van 140 mm en een lengte van 460 meter. Tot slot werd de nieuwe AVR Puma+ aardappelrooier geleverd, die na vier seizoenen de oude rooier verving.

2008

Start precisielandbouw

In januari is de nieuwe wasserij in gebruik genomen. Tijdens de herbouw van de verbrande loods kozen we ervoor om een geïntegreerde sorteermachine te installeren. De oude sorteerder voldeed niet meer aan de gewenste capaciteit en precisie, en de bestaande sorteerloods was te klein geworden om verder uit te breiden.

Net voor de brand hadden we twee oude sorteerders aangeschaft, met het plan om deze in de oude loods te plaatsen. Na de brand besloten we deze sorteerders volledig op te knappen en boven op de bunkers in de vernieuwde loods te installeren. Daarnaast werd de nieuwe sorteerder uitgebreid met een moderne wasserij, bestaande uit een ontstener, een wastrommel en een lappendroger.

In het voorjaar lag de focus op het vergroten van werkbreedtes om de capaciteit te verhogen, slijtage te verminderen en het brandstofverbruik per hectare te verlagen. In samenwerking met Miedema testten we dat voorjaar de nieuwe CP42 aardappelpoter, een belangrijke stap in de modernisering van onze teelt.

Daarnaast investeerden we in meer spuitcapaciteit door een nieuwe Dammann getrokken veldspuit met een spuittank van 10.000 liter aan te schaffen. Deze investering zorgde voor een capaciteitsverhoging van 50%, waardoor we dagelijks niet 100, maar 150 hectare konden behandelen.

Bovendien markeert 2008 de groei van precisielandbouw op ons bedrijf. Allereerst werd de Fendt 930 uitgerust met een automatisch stuursysteem van Reichhardt. Daardoor wordt overlap geminimaliseerd en zo bespaarden we kosten op arbeid, slijtage en brandstof.

Ook werden twee Hassia SL+ poters gebruikt. Halverwege het seizoen introduceerde Miedema de verbeterde Hassia CP. Deze nieuwe machine bood missercontrole, rijpadschakeling en nauwkeurigere afleg van aardappelen, wat de pootprecisie aanzienlijk verbeterde.

De in 2007 aangeschafte Damann veldspuit met GPS-sectiebediening werd in 2008 uitgebreid met zes Greenseekers, waarmee het bladgroen in de aardappelplant nauwkeurig wordt gemeten. Deze biomassasensoren meten de gewasdichtheid via lichtreflectie en werken zowel overdag als ’s nachts dankzij een eigen lichtbron. De data, weergegeven als NDVI (Normalized Difference Vegetation Index), werd verwerkt in Farm Works Software voor verdere optimalisatie. Op basis van deze metingen is gerichte bijmesting met vloeibare stikstof mogelijk. Ook beschikt de spuit over automatische sectieafsluiting, wat overlap verder voorkomt.

2007

De loods die verloren ging met de brand wordt herbouwd. Voordat daaraan kon worden begonnen, ruimden we alle schade op.

In maart begon de reconstructie, en tegen eind augustus, net op tijd voor het nieuwe bewaarseizoen, was de loods weer volledig operationeel. Naast het vernieuwen van het dak en de betonpanelen, werd alles zorgvuldig geverfd. Ook werd een brandmuur geplaatst tussen beide dakdelen om de veiligheid te vergroten.

Ondertussen brak in april het voorjaar aan. Gelukkig konden we rekenen op de tijdige levering van alle machines die tijdens de brand verloren waren gegaan. Ook ontvingen we een nieuwe Puma met verwisselbaar rupsonderstel, die dat jaar de volledige oogst moest rooien. Dankzij de betrouwbaarheid en verbeteringen van deze machine konden we het oogstseizoen soepel doorlopen, ondanks het verlies van onze eerdere rooimachines.

Daarnaast kocht Van den Borne een tandemgetrokken veldspuit van Dammann om precisielandbouw verder te integreren. De spuit was uitgerust met GPS-gestuurde sectiebediening en volledig geïntegreerde ISOBUS-bediening, waardoor het aantal benodigde kabels sterk afnam.

Een icoon in de software leidde Jacob naar Reichardt, een Duitse leverancier van GPS-systemen. Dankzij D-GPS en ultrasoon sensoren werd een precisie van 2 tot 3 centimeter bereikt.

In hetzelfde jaar werd een Lemken VariTansanit 7-schaarploeg getest, getrokken door een Fendt 820 Vario met 206 pk. De ploeg verminderde wielslip van 20-25% naar slechts 3-5%, wat optimaal gebruik van het vermogen mogelijk maakte. Met een werkbreedte van 3,75 meter ploegde de combinatie gemiddeld 2,2 hectare per uur, inclusief keren en transport.

2006

Tijdperk Jacob & Jan van den Borne

In mei nemen de twee zonen van Louis, Jacob en Jan het bedrijf over. Zij zetten het huidige bedrijf voort én stichten een loonbedrijf (Gebroeders van den Borne). Het loonbedrijf verricht alle werkzaamheden voor Van den Borne Aardappelen die niet gesplitst kunnen worden, zoals rooien en inschuren.

Voor het eerst poten en aanaarden we in een werkgang. Daardoor besparen we veel tijd en hebben we minder last van groene aardappelen.

In samenwerking met PPL plaatste Van den Borne Aardappelen een bodemvochtsensor om de beregening efficiënter aan te sturen. Het systeem, geleverd door Dacom, meet bodemvocht en signaleert snel eventuele tekorten. Door de groeiende hoeveelheid data uit verschillende systemen koos Van den Borne voor Farm Works Software. Dit pakket kan kaarten vooraf intekenen, achteraf aanpassen en teeltregistratie uitvoeren. Het werd aangeschaft vanwege de mogelijkheid om data van verschillende fabrikanten te combineren en te beheren.

Op het vlak van de machines staan de ontwikkelingen ook niet stil. De oude zelfrijdende Agrifac wordt ingeruild voor een nieuwe met een grotere tank van 4000 liter. De getrokken Dammann beviel goed en had nog geen problemen na drie seizoenen spuiten.

In het najaar wordt de eerste AVR Puma prototype 4-rijige aardappelrooier gekocht. De oude Solanum voldeed niet meer aan onze capaciteits- en reinigingswensen. AVR liet ons deze nieuwe machine testen, dus omdat het een prototype was, hebben we voor de zekerheid met twee machines gerooid. De nieuwe rooier werkte uitstekend, boven verwachting.

Ook de sorteerinstallatie groeide in de loop der jaren. Om een hogere capaciteit te halen, werd er op de stortbak al voorgesorteerd, zodat alleen de ondermaten door de sorteerder moesten. Op deze manier konden we 70 ton per uur sorteren.

Tevens werd voor het transport naar Lommel een nieuwe onderlosser gekocht. Deze trailers waren veel lichter dan de oude trailers, zodat we meer aardappelen konden vervoeren met hetzelfde totaalgewicht.

2004

De opslag breidt verder uit. Een nieuwe aardappelloods van 12.000 ton wordt opgeleverd in oktober. Hierdoor is bewaring in kuilen niet meer nodig en wordt alles ingeschuurd. De bewaarschuur beschikt over ventilatieroosters en ondergrondse beluchtingskanalen. De bewaarcomputer is van Tolsma-Grisnich.

Ook werd een Rauch-kunstmeststrooier aangeschaft die de afgifte nauwkeurig meet. Zo registreerden we precies hoeveel kunstmest elk perceel ontvangt. De machine kon via ISOBUS links en rechts variabel doseren, maar de aanpassing gebeurde handmatig omdat er nog geen software was om dit automatisch te regelen.

Daarnaast kocht Van den Borne een Hassia hydraulische poter. Hiermee werd in de middelste rijen 10% extra gepoot. Dit zorgde voor meer opbrengst in de ruggen naast de spuitpaden.

2000

Een aardappelbewaarplaats van 2500 ton is in aanbouw, precies tussen de andere schuren. Ook een kantine met sanitair werd aangebouwd.

Zoon Jacob wil thuis aan het werk, maar Louis stuurt hem naar de HAS in Den Bosch. Tijdens een stage bij Grimme maakte Jacob kennis met opbrengstmetingen. De sensoren werden getest op de rooimachine van Van den Borne en al snel aangeschaft. Ze werden direct op de aardappelrooier gemonteerd.

Daarnaast ontstond de wens om percelen nauwkeurig in kaart te brengen. Dit lukte niet met stafkaarten van Nederland en België, omdat de grenzen niet overeenkwamen. De oplossing kwam via Synoptic, een geografisch bedrijf dat satellietkaarten leverde. Hoewel wegen hierop ontbraken, werd dit opgelost met kaarten van Tele Atlas, later bekend als TomTom.

1999 - 1990

1998

Het spuiten en rooien wordt verder gemechaniseerd door zelfrijdende machines. Een AVR zelfrijdende 4-rijige rooier en een Agrifac zelfrijdende veldspuit van 39 meter werden aangeschaft. Bovendien werd de zwenkploeg geruild voor een 5-schaars wentelploeg met vorenpakker én er werd een spitmachine gekocht met daarop een granulaatstrooier.

Comwaes stopt de ondersteuning van de Müller UNI-Control S. Dankzij Dacom, een specialist in teeltregistratie en ICT-oplossingen, bleef het systeem bruikbaar. Een Dacom-programmeur zorgde ervoor dat de UNI-Control S geïntegreerd bleef in de bedrijfsvoering van Van den Borne.

In hetzelfde jaar werden de eerste stappen gezet in het registreren van veldgrenzen. Met de Franse software ISAplan, specifiek het programma ISAGPS, werden veldgrenzen ingelopen met een PDA (I-PAC). Zonder RTK-GPS waren de grenzen tot 5 meter nauwkeurig. Deze veldgrenzen werden in ISAplan verwerkt, maar het ontbreken van bruikbare achtergronden maakte het lastig om de percelen over Nederland en België correct te visualiseren.

Via de samenwerking met Dacom werd in 1998 ook het aardappelziektemodel van Dacom getest. Dit model beoordeelde percelen op risico’s met een puntensysteem en gaf prioriteiten voor gewasbescherming. Een weerstation op het bedrijf leverde de benodigde data.

De Müller UNI-Control S werd gekoppeld aan de veldspuiten. Hiermee kon de spuitcomputer de benodigde hoeveelheid spuitmiddel per hectare berekenen. Het gewasstadium, de groei en de stand moesten handmatig worden ingevoerd. Beide veldspuiten van Van den Borne werden met dit systeem uitgerust.

1996

Louis van den Borne zet de eerste stap in precisielandbouw. Hij testte een registratiesysteem gekoppeld aan een Müller UNI-Control S. De UNI-Control S is een veelzijdige boordcomputer voor landbouwmachines. Hij meet oppervlakten, afgelegde afstanden en regelt hoeveelheden. Daarnaast slaat hij gegevens op, zoals brandstofverbruik, taaktijden en persoonsregistratie. Dit systeem werd ingezet om de spuitregistratie te automatiseren. Met functies voor kostprijsberekening en voorraadbeheer bleek het een betrouwbaar en gebruiksvriendelijk hulpmiddel.

1995

Een nieuwe aardappelbewaarplaats wordt gebouwd. 4000 ton op volledige roostervloer, geschikt voor de steeds groter wordende aardappelteelt.

Op het vlak van machines werden de ontwikkelingen op de voet gevolgd. Louis kocht een grote Fendt om met een 5 schaar (rondgaande)ploeg met vorenpakker te ploegen en om zijn aardappelen naar de fabriek te brengen.

Voortaan werd het poten gedaan met een Fendt 512 en een Grimme pootmachine. Voor het rooien stonden de Fendt 512 en een Grimme dls 1700 getrokken wagenrooier met frontklapper ter beschikking.

1989 - 1970

1987

Louis staakt het telen voor Nestlé en gaat vrij telen. Hij bouwt zijn eerste aardappelopslag en sorteerloods, waardoor hij zelf kan sorteren. De ondermaten gingen naar Firma Grobendonk en Dutch potato in Werkendam (nu McCain).

De 50+ verkocht Louis aan Farm Frites in Lommel. Deze bracht hij zelf weg met de tractor. Eerst met een aanhanger van 20 ton, later (jaren ’90) kocht hij zijn eerste oplegger van Theo Bos (nu Farmtrans). Hiermee kon hij in een keer 33 ton vervoeren.

De pootgoedteelt was inmiddels een voorjaarsteelt geworden in plaats van een herfstteelt.

1970

Rond 1970 startte Jan met het telen van de Saturnas-aardappel voor de chipsindustrie. Deze werden gezamenlijk met een aantal andere boeren machinaal gerooid en gesorteerd.